Krachten bundelen om theeboeren te versterken
Private en publieke belanghebbenden in de Rwandese theesector bundelen hun krachten om boeren op het platteland sterker te maken - met hulp van financiering door Oikocredit.
Door Helmut Pojunke, Oikocredit Westdeutscher Förderkreis
Zelfs een kort verblijf in Rwanda laat een indruk na die even krachtig als verfrissend positief is. Kigali, de hoofdstad van het land, verwelkomt reizigers met schone straten, levendige markten en nette woonwijken, zelfs in de buitenwijken.
Anderzijds staat het "Land van de Duizend Heuvels" slechts op de 158e plaats van 189 landen op de Human Development Index 2017. Ook behoort Rwanda volgens cijfers van de Wereldbank tot de "minst ontwikkelde landen" op economisch gebied, met een bruto binnenlands product per hoofd van de bevolking van slechts US$ 703 (2016). Dit spreekt mijn eerste indruk tegen.
Hoe het ook zij: de gesprekken die ik en mijn collega's van Oikocredit International en Oikocredit Kenia begin juli met mensen in Rwanda voerden, waren doordrongen van een aanstekelijk optimisme. We bezochten onder andere de theefabriek Karongi en de coöperatie Katecogro in het westen van het land.
Coöperaties versterken producenten
Bernadette Nyiraneza ontvangt ons hartelijk in haar kleine kantoor bij de Katecogro-coöperatie, die Oikocredit-partner Karongi Tea Factory van theebladeren voorziet. Bernadette is sinds de oprichting in 2010 algemeen directeur van de coöperatie en geeft leiding aan een team van 18 medewerkers.
Door zich te verenigen in een coöperatie hebben de boeren een veel betere onderhandelingspositie bij de theefabrieken. Ook organiseren zij gezamenlijk het transport. Negen technici controleren de kwaliteit van de theebladeren die aan de coöperatie worden geleverd. Een landbouwspecialist zorgt ervoor dat aan alle opleidingseisen wordt voldaan, bereidt oogstplannen voor en controleert deze, en zorgt voor goede landbouwpraktijken op het gebied van plantenverzorging en onkruidbestrijding. De coöperatie is gecertificeerd door de Rainforest Alliance.
Het is duidelijk dat Bernadette er trots op is dat de coöperatie zich zo sterk heeft ontwikkeld: de coöperatie is gegroeid van ongeveer 720 stichtende leden tot meer dan 2.000 boeren-leden vandaag de dag.
Bovendien is er een lange wachtlijst van potentiële boeren die thee willen gaan verbouwen. De grootste uitdaging voor de coöperatie is dan ook om haar leden te voorzien van voldoende theeplanten. Die zijn niet alleen nodig voor nieuwe plantages, maar ook voor het verjongen van bestaande plantages. Elk jaar moet ongeveer tien procent van de theeplanten worden vervangen. De coöperatie produceert nu al zo'n 300.000 planten per jaar in het kader van een gezamenlijk project met de Karongi Tea Factory, maar dit is nauwelijks genoeg om de bestaande plantages in stand te houden.
Regelmatige inkomsten als basis voor verandering
De positieve gevolgen van de theeteelt voor deze afgelegen regio zijn duidelijk zichtbaar: pas nadat de Karongi Tea Factory met haar activiteiten was begonnen, werd de regio aangesloten op zowel het elektriciteitsnet als het wegennet.
De theeteelt verschaft de boeren een regelmatig inkomen, aangezien de thee met tussenpozen van 10 tot 14 dagen kan worden geoogst. Op één hectare kan een theeteler na aftrek van kosten een jaarlijks inkomen van 500.000 Rwanda frank (€ 490) genereren. In combinatie met de mogelijkheid om hun eigen voedsel te verbouwen, kan een gezin met de teelt van thee in zijn levensonderhoud voorzien en hun kinderen de mogelijkheid bieden om hoger onderwijs te volgen.
Bernadette Nyiraneza benadrukt het belang van het feit dat deze inkomsten op regelmatige basis worden gegenereerd. Omdat de betalingen verlopen via een door de staat gereguleerd systeem van kleine regionale banken (SACCO), kunnen de boeren een goede kredietwaardigheid opbouwen en grotere projecten aannemen, zoals de aankoop van een motorfiets, investeringen in theeplantages of de aankoop van land.
De coöperatieve solidariteit heeft echter haar grenzen. Als gevolg van de klimaatverandering worden de droogteperiodes langer en de regenval heviger. Onlangs nog verloren 18 leden van de coöperatie alles bij een aardverschuiving, en momenteel is de coöperatie niet in staat om hen te compenseren voor hun verliezen.
Lokale theeproductie als familiebedrijf
Eerst worden de theebladeren gedroogd in de Karongi Tea Factory. De volgende dag worden de blaadjes verwerkt volgens het "crush-tear-curl"-proces. Tijdens het productieproces worden de bladeren gesneden, gefermenteerd, gedroogd en gesorteerd op kwaliteit.
Aangezien de fabriek over voldoende ruimte beschikt, is men van plan de capaciteit uit te breiden door in de nabije toekomst nog een productielijn te installeren. Er werken ongeveer 50 personeelsleden per ploeg in de fabriek.
De theefabriek van Karongi is eigendom van de familie Mutangana, die in Kigali woont. Twee van de kinderen van de stichter, Josiane en David Mutangana, zijn nu ook betrokken bij de leiding van het bedrijf. De 80-jarige stichter, Jean-Baptiste Mutangana, waakt echter nog steeds over zijn levenswerk.
Op de vraag wat hem motiveert, antwoordde hij: "Tijdens de genocide van 1994 zijn veel van mijn familieleden vermoord. Ik wilde het braakliggende land een nieuwe betekenis geven, een nieuw doel. De oproep van president Paul Kagame om iets bij te dragen aan de economische ontwikkeling van het zuiden en het westen van het land kwam dus precies op het juiste moment. Thee was nieuw voor mij."
Dit is wat de meeste indruk op mij heeft gemaakt tijdens deze reis: de zichtbare en aanstekelijke inzet van de Rwandezen die wij hebben gesproken. Deze komt tot uiting in de manier waarop zij hun doelen formuleren en in de manier waarop zij de uitvoering ervan stimuleren en de volgende stappen bespreken om een belangrijke blijvende bijdrage te leveren aan de ontwikkeling van de plattelandsgebieden.